Bericht

Digitaal Volwassen? Of nog steeds aan het puberen?

open source

Soms zit het plotseling even tegen. De kosten stijgen plotseling, een nieuw project komt maar niet van de grond, een fusie of overname kost te veel tijd en energie of er zijn andere tegenvallers. Digitaal volwassen organisaties blijken beter in zijn om het hoofd te bieden aan dit soort gebeurtenissen dan organisaties die nog niet zo volwassen zijn. Dat lijkt zo vanzelfsprekend, maar is het dat ook?

Iedereen kent de voorbeelden; bij tegenvallers reageren organisaties die hun zaakjes niet helemaal op orde hebben met symptoom bestrijding. Organisaties die digitaal volwassen zijn weten waar de knelpunten en snelle “wins” zitten en kunnen doelgerichte maatregelen nemen. Je zou na 4 decennia serieuze IT verwachten dat iedereen een duidelijk beeld heeft wat “digitale volwassenheid” voor hen kan betekenen. Toch wordt er nog heel wat “afgepuberd”.

Symptomen van “Digitaal Puberen”

Er zijn een aantal modellen waarmee je kunt afleiden in hoeverre de organisatie digitaal volwassen is maar soms is het eenvoudiger om de kenmerken van digitale onvolwassenheid (of digitaal puberen) helder op te sommen. Een aantal duidelijke symptomen van digitaal puberen zijn;

  • IT silo’s; afdelingen, bedrijfsonderdelen, applicaties en zelfs employees werken in isolatie. Er is geen organisatie-breed datamodel en er zijn vaak meningsverschillen over eigenaarschap van data.
  • Een IT strategie die vooral gebaseerd lijkt te zijn op technologie, hypes en wensdenken (AI gaat al onze problemen oplossen…)
  • Het niet beschikbaar zijn van data. Belangrijke gegevens zijn niet altijd direct beschikbaar omdat ze liggen opgeslagen in (cloud) applicaties of in externe bronnen bij nationale- en regionale overheden, partners, (toe)leveranciers etc.
  • Auditors besteden (te) veel tijd aan het in kaart brengen en controleren van IT processen waar de governance ontbreekt, het eigenaarschap onduidelijk is en waar privacy gevoelige data of bedrijfsgeheimen niet goed bewaakt worden.
  • Alleen specialisten kunnen zorgen voor bedrijfs-brede management rapportage.
  • AI pilot projecten lopen spaak omdat de data die als “leerstof” voor de modellen moet dienen onbetrouwbaar / onvolledig is of zelfs ontbreekt.
  • Het laatste en misschien wel meest belangrijke punt gaat over mensen; in een digitaal onvolwassen bedrijf is het voor mensen moeilijk om zich aan te passen aan veranderde omstandigheden. De organisatie “voelt” als inflexibel, initiatieven stranden omdat ze technisch moeilijk realiseerbaar zijn, beslissingen worden nog steeds altijd door mensen genomen worden en men durft of kan niet vertrouwen op digitale systemen.

Veel organisaties zullen zich in een aantal van deze symptomen herkennen. De vraag is natuurlijk; waar begin je? Hoe maak je een plan dat pragmatisch is, wordt ondersteund door één van de theoretische modellen en dat bijna als vanzelfsprekend door het management en het bestuur van de organisatie gedragen wordt?

Onbereikbaar doel; digitale volwassenheid?

Digitale volwassenheid geeft aan hoe een organisatie omgaat met de organisatorische, technologische en culturele uitdagingen van een digitale transformatie. Hoe volwassener, hoe beter een organisatie in staat is om succesvol te zijn in het digitale tijdperk waarin wij nu leven. Digitale volwassenheid geeft een organisatie houvast in het bepalen welke vervolgstappen moeten worden gezet om tot een hoger niveau te komen en daarmee de digitale transformatie van de organisatie te realiseren. Bij iedere manager of bestuurder moet de wens om digitaal volwassen te worden in de top 3 van haar/zijn wensenlijst staan. Toch komen projecten die meehelpen om de organisatie volwassener te maken moeilijk van de grond. De redenen zijn simpel; er staat vaak geen directe ROI tegenover, het gaat om componenten die minder zichtbaar zijn en het is niet “sexy”.

Overtuigen van belang “onzichtbare” projecten.

De kunst is om het management en de organisatie te overtuigen van het belang van deze ‘onzichtbare’ projecten. Het kan lastig zijn om de waarde van bijvoorbeeld data-integratie, de implementatie van een datamanagement strategie of het verbeteren van governance direct te kwantificeren, maar deze zaken vormen wel de fundamenten voor een succesvolle digitale transformatie. Wanneer we het digitaal puberen achter ons laten, kunnen we ons richten op het creëren van een solide basis die de organisatie niet alleen helpt bij het navigeren door de huidige uitdagingen, maar die haar ook in staat stelt om flexibel en innovatief te blijven in de toekomst. Het is tijd om niet alleen te dromen over digitale volwassenheid, maar om die daadwerkelijk te realiseren door het investeren in de juiste, vaak minder zichtbare, projecten. Dit is waar de echte groei ligt – voor zowel de organisatie als haar mensen.